De Boekendief
Korte inhoud
Het is 1939 wanneer Liesel op 9-jarige leeftijd door haar moeder wordt afgezet bij pleegouders in een dorpje nabij München. Haar broertje in onderweg gestorven en begraven. Tijdens de begrafenis neemt Liesel stiekem het doodgraversboek weg en dat is haar eerste gestolen boek. Het boek koestert ze, als was het een briljanten tiara, maar lezen kan ze het niet. Haar pleegouders zijn eenvoudige mensen met een harde bolster maar een warm hart. Pleegmoeder Rosa scheldt er nogal op los, maar doet steeds haar best om warm eten op tafel te zetten. Met pleegvader Hans bouwt Liesel een speciale band op. Hij houdt haar gezelschap als ze ’s nachts wakker schiet uit haar nachtmerries en begint haar te leren lezen. Liesel is een gretige leerlinge en ontwikkelt een passie voor boeken. Ze leert ook andere kinderen uit de buurt kennen en wordt beste vrienden met Rudy. Samen beleven ze een aantal spannende momenten. Liesels leven verandert wanneer het gezin een Jood verstopt houdt in de kelder, Max stond op een dag voor de deur van hun huis met een briefje in zijn handen. Max’ vader heeft samen met Hans in de Eerste Wereldoorlog gevochten. Max is erg verzwakt en wordt zwaar ziek. Omdat die dagen- en nachtenland in de kelder moet verblijven komt hij niet meer buiten. Liesel wordt zijn enige link met de buitenwereld.
Thema’s
Het leven van Liesel speelt zich af met de Tweede Wereldoorlog op de achtergrond, maar erg dichtbij komt die oorlog niet. Rudy moet bij de Hilterjugend, er zijn de boekverbrandingen, er is een verstopte Jood in de kelder, dingen die kenmerkend zijn voor die Tweede Wereldoorlog, maar niet de focus. Het verhaal wordt verteld vanuit het oogpunt van de Dood en dat maakt het allemaal wat afstandelijker.
Appreciatie
Dit is geen typisch boek over de Tweede Wereldoorlog. Dit is niet het verhaal van een Joods meisje dat moet onderduiken of dat van een jongen die opgeroepen wordt om mee te gaan vechten. Dit is het verhaal van een eenvoudig Duits meisje dat wordt opgevangen door pleegouders omdat haar moeder niet meer voor haar kan zorgen. Een meisje dat niet zo goed kan lezen en met de hulp van haar pleegvader de smaak te pakken krijgt. Ze leest dolgraag en heeft daar veel voor over, zoals stelen. Hoewel het een gewoon meisje is, komt ze zijdelings toch in aanraking met gebeurtenissen uit de Tweede Wereldoorlog. Haar beste vriend moet naar de Hilterjugend, er is een boekverbranding in het dorp en ze houden een Joodse man verstopt in de kelder.
Het verhaal wordt vertelt door de Dood. Hij komt in contact met Liesel in het begin van het boek wanneer haar broertje sterft. De figuur van de Dood verzacht de gruwel en maakt die tegelijkertijd net erger. Hij spreekt op een troostende manier over de dood, maar vertelt ook over de gruwelijke dood van duizenden soldaten in de Russische vrieskoude. De focus van het verhaal ligt op Liesel en haar liefde voor boeken en lezen. Dit maakt het boek als het ware een sprookje, waar het geven van de oorlog omfloerst wordt en een beetje genegeerd. Hoewel de ellende en de gruwel toch gewoon net om de hoek liggen. Het is een verrassend boek.